Drie majeure transities zijn in de zorg en welzijnssector gaande. Gedecentraliseerd naar gemeenten zijn deze drie transities beleidsvoer voor gemeenteraadsleden en risicovolle dossiers voor nieuwe wethouders.
In veel collegeprogramma’s staan zinnen als “mensen die het echt nodig hebben bieden we als gemeente extra ondersteuning. Stapeling van voorzieningen moeten beperkt worden en vooral bij het vormgeven van diensten uitgaan van eigen kracht en zelfredzaamheid”.
Bij diverse colleges is nog geen beeld van aantallen cliënten – hulpvragen – die binnen de gemeente wonen. Eveneens zijn beschikbare budgeten nog niet bepaald. Wel is richting gegeven en op basis daarvan weten gemeenten dat ze met minder geld veel te doen krijgen. Er liggen kansen en risico’s. Openeinde financiering is niet (meer) mogelijk wil de ruggengraad van het stelsel behouden blijven. Zelfzorg, samen met je vrijwillig of betaalde maatjes, is de norm.
Gemeenteraden doen er goed aan nog dit jaar met het college af te spreken hoe wederzijds omgegaan zal worden met zorgincidenten in de gemeente. Er gaan nu en straks dingen mis en er is kans op forse fouten. Bespreek open in de gehele raad welke werkwijze de raad wenst te hanteren bij het ontstaan van fouten in de dienstverlening.
Normaal stellen politici vragen in de Tweede Kamer over de zorgincidenten. Straks zijn er ruim 400 podia waarin het debat aan de orde zal zijn en bestuurders afgerekend gaan worden.