Verpleegkundigen en verzorgenden moeten een eigen CAO

Verpleegkundigen en verzorgenden zetten zich elke dag in voor de ander. Ga op 17 maart “even” aan jezelf denken. En stem voor meer professionele ruimte. Stem op je (ex)collega Wybren Bakker D66 plek 43. Ik zal me als verpleegkundige (NP), voormalig directeur van NU’91, en eerder bestuurder in de zorg te Amsterdam, Zutphen en Zwolle inzetten voor maximale professionele ruimte voor verpleegkundigen en verzorgenden. Naast o.a. een beroepscode, beroepsprofiel, professionele standaarden en een kwaliteitsregister, moet er ook een eigen V&V CAO komen.

Op 16 augustus 1978 begon ik mijn carrière als verpleegkundige in de zorg. En nu ruim 40 jaar later ben ik nog steeds in de zorg werkzaam als toezichthouder bij diverse organisaties. Aan acties voor betere beroepsvoorwaarden voor zorgpersoneel deed ik volop mee. NU’91 werd opgericht en al snel werd ik directeur van die unieke beroepsvereniging. We knokten op straat, binnen instellingen, in Europa, bij kabinet en Tweede Kamer en aan onderhandelingstafels voor betere salarissen maar ook voor beter zorgonderwijs, meer zeggenschap over het vak, focus op kwaliteit en genoeg tijd voor mensgerichte steun aan onze patiënten/cliënten. We noemden die set aan issues: “beroepsvoorwaarden”.

Anno 2021 is het tijd voor betere beroepsvoorwaarden voor verpleegkundigen en verzorgenden. Geld alleen is niet goed genoeg. Nu gaat de politiek er niet direct over maar ze heeft wel invloed en kan helpen het pad naar een nieuwe eigen cao te effenen. D66 ziet de noodzaak en spoort partijen aan te komen tot een autonome V&V CAO. De beroepsvereniging steunt deze koers.

D66 heeft al decennia hart voor de zorg en dat is, na o.a. Els Borst, met de recente inzet van Vera Bergkamp, Pia Dijksta en Rens Raemakers door de samenleving gezien en is gewaardeerd. In maart is er weer een moment. Het moment van kiezen. D66 heeft weer meerdere zorgprofessionals op de lijst staan.

Geef zorg je stem. Daarom Wybren Bakker #43

 

Helaas: recht van burgeramendement met 24 tegen 22 voor in Overijssel verworpen

 

Statenzaal van de Provincie Overijssel leeg

Overheden die menen dat ze inwoners bij de democratie willen betrekken zijn er volop, overheden die de daad bijhet woord voegen zijn dunner bezaaid. Dat bleek ook maar weer eens in de Provinciale Staten van Overijssel. Woensdag 27 januari werd het D66-voorstel voor het ‘recht van burgeramendement’ in stemming gebracht en de coalitie van CDA, VVD, PvdA, CU en SGP, aangevuld met oppositiepartij PvdD,  en daarmee een meerderheid, blijft de 100% macht toch liever geheel bij zichzelf houden. 

Recht van burgeramendement

Het ‘recht van burgeramendement’ biedt inwoners die zich organiseren rondom een onderwerp dat hen raakt de mogelijkheid om bij een voorstel van Gedeputeerde Staten (GS) met wijzigingsvoorstellen te komen. Dat zogenoemde amendeerrecht is binnen ons democratisch stelsel tot nu toe alleen voorbehouden aan de politieke volksvertegenwoordigers. Maar met het recht van amendement krijgen ook inwoners – los van politieke partijen – het recht om mee te praten.

Instrumenten van participatie

Dit voorstel draagt dan ook substantieel bij aan de bestaande instrumenten van participatie. Ook op het einde, bij de behandeling van voorstellen in de Staten, schenkt dit plan inwoners het recht om mee te doen. Als inwoners een kwart van de kiesdrempel, zo’n 550 handtekeningen, op korte termijn bijeen weten te brengen en een wijzigingsvoorstel indienen, dan heeft dat de kracht van een amendement waarover Provinciale Staten kan stemmen.

Inwoners buiten besluitvorming houden

Het argument dat de invoering van deze vorm van burgerparticipatie te omslachtig zou zijn, zoals in de wandelgangen van het Provinciehuis gefluisterd wordt, kan meteen van tafel. Dit voorstel is grondwettelijk, vergt geen geld en versterkt juist het meedoen. En toch lijken veel andere fracties op de rem te trappen als het gaat om het versterken van de democratie en het betrekken van inwoners bij de provinciale besluitvorming. Tijdens de bespreking van het voorstel in de commissie kwamen argumenten op tafel zoals: ‘voegt niks toe, is onnodig’, ‘inwoners weten ons als fractie wel te vinden’ en ‘we hebben al instrumenten voor meedoen’. Maar geen van de argumenten snijdt hout of geeft een inhoudelijk argument om inwoners buiten de besluitvorming te houden.

Niemand heeft iets te verliezen

D66 ging in de Statenvergadering nogmaals proberen meer politieke partijen achter het voorstel ‘recht van burgeramendement’ te krijgen. Want niemand had iets te verliezen. We boden inwoners die zich belanghebbende voelen door een Statenvoorstel juist een nieuw instrument om mee te doen. En niet alleen voor spek en bonen, maar echt tot in en bij de finale behandeling van het voorstel in de Staten van Overijssel. Helaas. Het lukte nu net niet.

Van D66 mag u nieuwe voorstellen voor het versterken van onze democratie verwachten. Wat dacht u van een burgerforum? Een digitale raadpleging? Een jongerencommissaris? Een correctief bindend referendum?

We blijven natuurlijk doorgaan.

Wees in en buiten de Staten een beetje meer lief voor elkaar.

Het klimaat gaat ons als D66’ers zeer aan het hart. Dat geldt ook voor het politieke klimaat. Want ook daar gaat het niet goed mee. Zeker niet in Overijssel. Het politieke klimaat in de Staten blijft gelukkig beheerst door de voorzitter en ook al zijn toon en woordkeuzes wellicht hard, er is altijd een voorzitter die de orde bewaakt.

Buiten in de publieke arena is er geen marktmeester en worden sociale media benut als manieren om standpunten uit te dragen en/of helemaal los te kunnen gaan. Die vrijheid is van groot belang. Alleen ook dan kan het collega’s diep raken in hun menszijn en dat schaadt het politieke klimaat binnen de Staten van Overijssel en de beeldvorming erbuiten. En die beeldvorming wordt helemaal te grabbel gegooid als volksvertegenwoordigers zich racistisch uitlaten. En als zij scheldwoorden gebruiken gericht op de persoon. Dat kan nooit. Niet in de openbaarheid, maar ook niet in besloten appgroepjes onderling.

Zorgvuldig omgaan met collega’s

Recent vertelde een collega vanuit onze Staten dat ze zich zorgen maakt over het zorgvuldig omgaan met elkaar als collega’s. Want, kan ze zich nog gewoon uiten over een onderwerp? Kan ze nog vrijuit haar mening geven? Kan ze er nog vanuit gaan dat ze na een debat niet als mens op sociale media te grabbel wordt gegooid? Kan ze dat nog vrij zonder dat er karaktermoord op haar wordt gepleegd? In onze fractie weten we dat niet zeker. En dat schaadt de kwaliteit van het debat, de mogelijke besluiten en de democratie als geheel.

Woorden hebben gevolgen

Statenleden die andere Statenleden wegzetten. Niet op de inhoud, maar als mens. Het is gemakkelijk om op sociale media zoals Twitter negatieve kwalificaties over je politieke tegenstander te plaatsen. Maar woorden hebben gevolgen. Het gaat ons niet alleen om gevoelens die gekwetst worden – ook al is collegialiteit onderling zeer belangrijk – maar het gaat vooral óók om de ondermijning van de democratische principes die er vanuit gaat. In het openbaar elkaar met argumenten willen overtuigen, respect hebben voor overwegingen van anderen en de dialoog inzetten als middel om met zoveel mogelijk partijen verder te komen.

Aangesproken

We willen aan politici die zich aangesproken voelen vragen. Vinden jullie dat het lekker gaat? Dat je op sociale media op deze manier uiten het belang van jullie achterban dient? Is dit nou écht opkomen voor de ongehoorde groep Nederlanders waarvoor jullie zeggen te vechten? En wat heeft het dan opgeleverd? En wat draagt het bij aan Overijssels noaberschap? Toch helemaal niks constructiefs? Alleen veel rumoer, veel ruis en veel onnodige energie. En collega’s die zich gekwetst voelen.

Doe een beetje meer lief

We zijn geen moraalridders. Wij hebben niet het primaat van weten wat goed of fout is. Wel willen we graag bijdragen aan een goed debat, in volle vrijheid zonder risico’s van persoonlijke aanvallen. Wat onze fractie betreft praten we daar in de Staten nog eens diepgaand over door. Het minste wat we nu vragen is: doe een beetje meer lief naar elkaar dan bereiken we uiteindelijk meer voor de kiezers én voor Overijssel. Daarvoor zitten we in de Staten van Overijssel.

 

Doe je mee?

Van harte welkom 2021! Een schoon jaar vol mogelijkheden. De campagne voor de Tweede Kamer zal mij vooral de eerste maanden van 2021 genoeg bezig houden. Ik heb zin in de campagne en draag graag namens Overijssel bij aan een positieve uitslag. Met een mooi team kandidaten en veel vrijwilligers gaan we een positieve campagne neerzetten.

Natuurlijk zijn voor het slagen van de campagne vele lokale vrijwilligers nodig. De campagne zal zowel fysiek als digitaal inhoud gaan krijgen. Heb je talent voor het maken van filmpjes, teksten of loop jij in jouw wijk graag folders door brievenbussen te stoppen of wil je enkele uren flyeren op de markt of bij de supermarkt? Je bent van harte welkom bij je lokale D66 afdeling of mail of app mij en dan zorg ik er voor dat je verbonden gaat worden aan campagneteams in de diverse steden/gemeenten.

Meedoen kost energie, meedoen doe je voor een sterker sociaal liberaal geluid in de Tweede Kamer. En als velen op mij stemmen help je mee meer Overijssel naar Den Haag te brengen.  En natuurlijk kun je ook je landelijk melden als je mee wilt doen. Van harte welkom!  zie voor landelijke aanmelding: https://d66.nl/meedoen/campagne/

 

Meedoen in de campagne

Pachtbeleid provincie naar duurzaam!

Als woordvoerder Natuur en Landbouw vraag ik namens onze fractie al enige jaren meer aandacht voor een gezonde bodem, een landbouwbodem zonder chemische gewasbeschermingsmiddelen, minder tot geen kunstmest en met veel organische stof. Dit is goed voor de biodiversiteit. Maar vraagt ook heroverwegen van criteria en meebewegen van de provincie bij uitgifte en prijsbepaling van (tijdelijke) grond die zij uitgeven. We dienden al diverse moties in om als provincie zelf het goede voorbeeld te geven en bij verpachten voorwaarden te stellen waaronder: geen gifgebruik!

Eerder deze maand heb ik meegedaan aan een bijzondere Zoomsessie “kennisdialoog duurzaam grondgebruik, landbouwgrond in Overijssel”. De provincie is op grond van diverse moties aan het onderzoeken hoe ze haar (tijdelijke) pachtgronden duurzamer in de markt kan zetten. Een dertigtal wetenschappers, boeren, pachters en verpachters en enkele Statenleden waren digitaal bijeen.

Cijfers over het landbouwareaal in Overijssel;

  • Grasland 143.000 ha
  • Mais 35.500 ha
  • Akkerbouw 13.900 ha
  • Overige 2.900 ha

Overijssel heeft 3500 ha in tijdelijk eigendom, waarvan 1500 ha als projectgronden en 2000 ha als rest/ ruilgronden. In totaal gaat het daarbij om 2750 ha agrarische gronden die ze elk jaar uitgeeft: maximaal 3 jaar achter elkaar aan dezelfde pachter. Bij gunning geldt een afstandscriterium van 5 kilometer, dus hoe dichterbij de tijdelijke grond je woont hoe meer kans je maakt. Er zijn geen duurzaamheidscriteria.

In deze sessie werd het model Brabant gepresenteerd: iedere ondernemer kan een bieding doen op prijs x duurzaamheidscore. Dat leidt tot de beste pachter. Ook is de eenjarige pacht als vast criterium losgelaten en streeft men inmiddels naar 6 jarige pacht met recht van opzegging. Om de provinciale doelen te behalen zijn als algemene grondslag voor duurzaamheid opgenomen: geen intensieve teelten (bollen, lelies enzovoort); verbod op gebruik glyfosaat en actief beheer en onderhoud landschapselementen. Drie criteria waar elke aanbieder zich aan dient te houden. Hoe meer je doet voor duurzaamheid hoe “lager” de pachtprijs kan zijn om toch als beste aanbieder uit de bus te komen.

Het resultaat? Iedereen doet mee. Provinciale en agrarische doelen komen zo samen. Er is veel belangstelling voor deze werkwijze en er is geen “gedoe” omdat ieder de criteria erkent. Op het einde werd duidelijk dat ook Overijssel wellicht deze manier van uitgeven van tijdelijke grond ter hand kan nemen. Bij geen enkele aanwezige was daar bezwaar tegen.

Gaan we dan eindelijk ook in Overijssel tenminste de eigen gronden duurzaam verpachten? 2021 het jaar van de waarheid!

Kerstbomen in wijk van Zutphen

Een mooi verhaal uit periodiek Zorg & Welzijn over een organisatie waar ik toezichthouder ben. Een mooi verhaal over Perspectief https://www.perspectiefzutphen.nl/.

In de Zutphense wijk Waterkwartier worden dit jaar voor het eerst verlichte kerstbomen ingezet als middel om tot contact en verbinding te komen, vertelt Willem Wallerbos, sociaal werker bij welzijnsorganisatie Perspectief. Het is een idee vanuit de bewoners zelf.

Elk jaar hangt er in en rond het centrale winkelcentrum in de wijk feestverlichting. Voor de welzijnswerkers was dat aanleiding om met buurtbewoners in gesprek te gaan over de betekenis van die lichtjes, vertelt Willem Wallerbos. ‘Dat leverde hele mooie open gesprekken op. Voor de een betekent licht vrolijkheid, voor een ander veiligheid en weer een ander kent er een religieuze betekenis aan toe.’

En zo ontstond het idee om op om meerdere plaatsen in de wijk een verlichte kerstboom neer te zetten, die door de buurtbewoners zelf kan worden versierd. Wallerbos: ‘Dat hebben we doorgezet in een hele mooie samenwerking met onder andere de gemeente, woonbedrijf Ieder1, diverse wijkinitiatieven, winkeliers en scholen.’

Het aanjagen van contacten en verbondenheid in een straat of buurt – Wallerbos hoopt dat de bomen dat teweeg zullen brengen. ‘Dat mensen naar buiten gaan en elkaar meenemen om te gaan kijken en te helpen versieren. Of hoe mooi zou het zijn als bijvoorbeeld een hele straat zich om een boom zou ontfermen – en daardoor ook wat meer om elkaar?’

Alle bewoners hebben een flyer in de bus gehad en ook met posters in de wijk is de komst van de bomen en de bedoeling, aangekondigd en uitgelegd. Bij verschillende winkels kunnen mensen een knutselpakketje halen en ook op basisscholen wordt enthousiast geknutseld. Inmiddels zijn vier van de acht bomen neergezet en dat heeft al hele mooie dingen opgeleverd aan onderlinge contacten en gesprekken. ‘Dat is echt prachtig om te zien’, zegt Wallerbos, die hoopt dat de bewoners zo gehecht raken aan “hun boom” dat het een jaarlijkse traditie wordt.

Stem als D66 ook Overijssel naar Den Haag.

Het is even zoeken, maar de aanhouder wint; op plek 42 van de kandidatenlijst van D66 voor de komende Kamerverkiezingen staat de eerste Overijsselaar. Het is fractievoorzitter Wybren Bakker van de Statenfractie in Overijssel. Natuurlijk wil de politicus uit Diepenveen meer. “Ik vind het echt al eervol dat ik op de lijst sta. De meeste stemmers op D66 zitten op dit moment nu eenmaal in het westen. Ik wil heel graag dat het er ook wat meer uit het oosten worden.”

Zijn eerste inzet was om te proberen sowieso op die lijst te komen. “Er zijn honderden mensen die daar graag op willen staan. Ik vind het echt al eervol dát ik op die lijst sta. Nu moet ik kijken hoe ik D66-leden kan stimuleren mij toch wat hoger te zetten.” Bakker erkent dat Overijssel niet rijkelijk bedeeld is op de lijst. “Mensen moeten ook willen, dat is stap één. Het gaat om achtergronden van mensen, levenservaring, kennis. Je moet er de tijd voor hebben en willen nemen. Het risico blijft dat het platteland van Overijssel onvoldoende vertegenwoordigd is in de Kamer en daarom moeten we ook meer Overijsselaars richting Den Haag sturen.”

De voorzitter van de D66-Statenfractie wil ervoor gaan. “Ik heb die tijd en wil ervoor knokken. Ik doe gewoon graag mee. Prioriteit blijft mijn fractievoorzitterschap En gaan voor het beste voor Overijssel. Maar als ik dat straks op een andere plek zou kunnen doen, dan is dat alleen maar eervol en dan ga ik daarvoor.”

(met dank aan de redactie van RTV oost)

Nieuw DELTAPLAN nodig: “water behouden”.

Ik fiets veel. Dit jaar zal dat rond de 12.000 km zijn.

Een van mijn favoriete routes blijft langs rondje langs de IJSSEL: van Deventer naar Kampen en terug of van Deventer naar Doesburg en terug. De IJSSEL is voor mij de mooiste rivier in Nederland. Als er (te) hoog water in de IJSSEL is, zijn inmiddels overal fraaie overloopgebieden gerealiseerd en daarbij is ook veel natuurkwaliteit in de uiterwaarden toegevoegd. Dat programma heet “Ruimte voor de rivier”.

Maar wat meer en meer blijkt is dat er veel te vaak een tekort aan water ontstaat. De IJSSEL staat regelmatig heel laag. Zelfs in november is ook het grondwater in Overijssel nog niet op niveau. Er moet een nieuw deltaprogramma komen. Namelijk een plan voor: “water bewaren” of “water vasthouden”. Droogte is meer en meer een economisch risico. En de tekorten aan drinkwater nemen ook toe.

Hoogste tijd voor aanvullende maatregelen. Op veel meer plekken moet waterbuffering plaatsvinden en HET weg laten lopen van water via oa de IJSSEL moet minderen! Een punt dat zowel op provinciaal als landelijk niveau meer aandacht moet krijgen. En dat moet natuurlijk in nauwe afstemming met de waterschappen.

Een paar zaken die elke inwoner NU al kan doen?

-vang regenwater op en gebruik dat voor planten water geven;

-haal tegens uit de tuin zodat regenwater in de grond kan zakken en niet in het riool komt;

-wees een beetje extra zuinig met (drink) water.

Samen doen!